De wolharige mammoet was een indrukwekkende soort uit het Pleistoceen, die nauw verwant was aan moderne olifanten maar uitgestorven is. Een van de meest opvallende kenmerken van wolharige mammoeten waren hun grote, gekromde slagtanden. Deze slagtanden werden gebruikt voor verschillende doeleinden, waaronder het graven van voedsel onder de sneeuw, het afbreken van takken en het verdedigen tegen roofdieren of rivaliserende mannetjes.